In bepaalde omstandigheden kan het noodzakelijk zijn dat u als paardenarts een alternatieve behandeling toepast waarvoor een specifiek diergeneesmiddel vereist is dat niet in een gangbare registratie beschikbaar is. Tevens kan het voorkomen dat de bestaande toedieningsvorm of concentratie niet adequaat is voor het betreffende doeldier. Op grond van de cascaderegeling (Diergeneesmiddelenverordening (EU) 2019/6, artikelen 112, 113 en 114), is het onder bepaalde voorwaarden toegestaan af te wijken naar een ander geregistreerd diergeneesmiddel dat beschikbaar is binnen Nederland of in een andere EU-lidstaat. Indien ook dit alternatief niet beschikbaar is, kan worden uitgeweken naar een humaan geneesmiddel dat binnen Nederland of een andere EU-lidstaat geregistreerd is.
In situaties waarin ook deze middelen niet (direct) voorhanden zijn, biedt magistrale bereiding een mogelijk alternatief, op voorwaarde dat er sprake is van veterinaire noodzaak. Hierbij geldt de vereiste dat een recept aanwezig moet zijn, waarin ten minste de volgende gegevens zijn opgenomen:
· De naam van de patiënt;
· De naam van de eigenaar van het dier;
· De te verstrekken hoeveelheid van het geneesmiddel;
· Naam en volledige adresgegevens van de behandelend paardenarts.